Welke kosten zijn er bij de aan- en verkoop op lijfrente?
Voor de koper
De koper betaalt de notariskosten. De notariskosten zijn o.a. de aktekosten, het ereloon van de notaris en de verkooprechten (vroegere registratierechten).
De verkooprechten bedragen in Vlaanderen 1%, 3% of 12%, afhankelijk of u aan de voorwaarden voldoet, en zelf in de eigendom gaat wonen, binnen de vooropgestelde termijn.
U vindt hier een volledige uitleg
Op lijfrente moet de koper bijna altijd 12% verkooprecht betalen. Ook al heeft hij geen andere eigendommen, dan nog voldoet de koper meestal niet aan de vereisten. Om van het gunstregime te kunnen genieten moet de koper zijn domicilie vestigen in de eigendom binnen de 3 jaar na de akte. Als de verkoper er zelf blijft wonen is dit niet haalbaar.
De verkooprechten worden altijd berekend op de venale waarde van de eigendom. Dit is dus de normale verkoopwaarde van de eigendom, in de veronderstelling dat deze gewoon zou verkocht worden. Deze kosten worden betaald bij de akte, maximum 4 maanden na het ondertekenen van de verkoopovereenkomst.
De kosten voor de ambtshalve inschrijving en nadien de eventuele handlichting zijn eveneens ten laste van de koper
Simuleer uw aankoopkosten via de website van de notaris
Voor de verkoper
In Vlaanderen is het gebruikelijk dat de kost van de makelaar wordt gedragen door de verkoper. De verkoper is uiteindelijk opdrachtgever. Het is dan ook logisch dat de opdrachtgever de makelaar betaalt.
In Brussel en Wallonië is het een gebruik om deze kosten ten laste te leggen van de koper. Informeer u duidelijk op voorhand.
Wij hanteren altijd het principe dat de opdrachtgever betaalt, de verkoper dus.
De verkoper draagt ook de kosten voor de wettelijk verplichte attesten en zijn informatieverplichting. Dit is o.a. het Energie Prestatie Certificaat (EPC), keuring van de elektrische installatie, het Ovam bodemattest, de vastgoedinformatie van uw Stad/gemeente.
De verkoper betaalt dus eveneens de kosten voor de wettelijk verplichte attesten.